soldenburg.reismee.nl

Een maand verder

Ik had mij voorgesteld dat ik de eerste maand als een vakantie zou zien, gewend zou zijn aan mijn leef omgeving en ik me geen ander leven meer voor zou kunnen stellen. En eigenlijk verliep het zoals ik mij ingebeeld had, behalve dat ik na een maand nog steeds in trance naar huis loop, ik mij afvraag of ik echt aan het dromen ben, het gevoel heb alsof ik opnieuw en opnieuw, keer op keer, weer in een shock raak. Nog steeds kijken mensen mij starend aan en lijken mij niet te herkennen. Gek genoeg herken ik iedere straathond, iedere verkoopster en ook de gezinnen weet ik te plaatsen bij het goede huis. Toch lijkt het alsof ik elke keer weer schrik van de beelden die ik zie en niet kan plaatsen dat deze wereld zo achter loopt.

Het is een april, ik ben inmiddels drie weken aan het werk in het weeshuis en heb een week in de school gewerkt. De kinderen volgen de examens en dus ben ik wat weekjes vrij. De eerste week van mijn vakantie is gevuld met het vieren van het Holi festival en een trekking door de bergen van Nagarkot. Holi, een dag dat ik al mijn zorgen heb doen vergeten, deze dag heeft mij geleerd echt te genieten. Op het moment dat de taxi Pepsi Cola binnen reed ging de autodeur meteen open, bishal trok mij nog net niet van de bank af of er zat al een laag poeder op mijn gezicht. Meteen voelde ik de sfeer van geluk, blijdschap en emotie. Tientallen mensen kwamen op mij afgerend om me te beschilderen met kleuren, bakken water die van de daken afgegooid worden en een wedstrijd spelen wie er zo vies mogelijk uit kan zien. Iets, een ding waar ik normaal gesproken ontzettend veel moeite mee heb, waar ik tegen op kijk en mij mentaal op moet voorbereiden, ging deze dag van zelfsprekend. Ik kwam in een grote groep vrijwilligers terecht die ik nooit eerder gezien had, maar dat maakte niet uit, iedereen is gelukkig, iedereen is blij en viert de vreugde van deze dag met elkaar. Nee ik was niet blij omdat ik Holi vierde, niet omdat ik een feestje vier van een god waar ik weinig mee heb. Ik was gelukkig omdat ik gelukkig kon zijn met mij zelf. Ik mijzelf bloot durfde te geven, te rennen zonder dat ik bang was dat iemand mijn vetrollen zou zien, totaal drijfnat te eindigen zonder enige stress te hebben dat iemand putjes in mijn bovenbenen zou zien, mij zorgen zou maken omdat mijn haar er niet uit ziet. Nee sas, jij bent hier gekomen om te genieten en niet bezig te zijn met de mening van andere mensen, dit realiseerde ik mij later pas, dat dit een van de weinige dagen is geweest dat ik geen zorgen had, even van de weinige momenten. Want ook al het lijkt een paradijs te zijn je stage in het buitenland te volgen, het gaat niet van zelfsprekend je plekje hier te vinden, een thuis te creëren in een vreemde omgeving, en je begrepen te voelen als mensen niet de zelfde taal spreken. Het werk wat ik tot nu toe gedaan heb is totaal anders dan ik thuis doe, dan ik mij had ingebeeld en eigenlijk ook had gehoopt. Maar ik weet nu al dat ik in deze korte periode geleerd heb om te gaan met veranderingen. Een karaktereigenschap waar ik slecht mee om kan gaan en waar mijn humeur flink van achteruit gaat. Het lijkt alsof ik inzie dat ik geen problemen moet zien en maken als ze er niet zijn, voor alles is een oplossing te bedenken en ik denk dat als ik met deze instelling mijn werk, thuis en het reizen tegemoet ga, dat ik het ga redden in Nepal. Vandaag kwam ik aan bij het weeshuis en trof een jongentje kreunend van de pijn op een van de schoolbanken, ik schrok want zo had ik nog nooit iemand aangetroffen. Het kind had van zijn tenen tot zijn borst gips om en in het midden een stang om zijn benen bij elkaar te houden. Deze jongen geeft te veel zorgen aan zijn ouders, door de vele ziekenhuisbezoeken en zijn handicap zal hij naar een speciale school moeten, al deze problemen en zorgen maakt het leven voor de ouders niet gemakkelijk en dus besluiten ze het kind ad te staan aan het weeshuis. Negen nieuwe kinderen worden binnen nu en een maand naar het weeshuis gebracht om een nieuw thuis te creëren. Ik kijk de foto´s en achtergrond van de kinderen in en vraag mij af waarom deze verschrikkelijke dingen in dit land gebeuren, ik heb het idee dat het hele land een puinhoop is en het niet anders kan dat ook kinderen wel pech moeten hebben met een ongeluk of aangeboren handicap. De foto´s maken mij nog misselijker dan ik al was en sla de map snel dicht. Enkele minuten later wordt er een meisje van zes als een bestelling van de C1000 afgeleverd bij het weeshuis. Ze staat daar, kijkt nog eens om naar haar ouders die geen enkele moeite doen om het kind nog aandacht te geven, en loopt voorzichtig naar de groep ouderen meiden. Het is moeilijk om te zien dat ouders zomaar hun kind afstaan, en natuurlijk is het niet zomaar maar waarom zou je niet voor je dochter van 6 kunnen zorgen die een arm mist, baat dit zoveel zorgen, is het meisje een te grote last voor het gezinsleven of is het de schaamte voor hun dochter waar ze mee worstelen? Maar tegelijkertijd is het ontzettend mooi om te zien hoe iedereen het meisje met liefde in de armen sluit, haar aandacht geeft en ze haar meteen al thuis laten voelen. Na een weekje genieten van mijn vrije tijd komen deze gedachten weer omhoog, heb ik moeite met het begrijpen waarom deze 64 kinderen geen papa en mama hebben waar ze op terug kunnen vallen. Vier dagen in een totaal onbewoonde wereld zijn heeft mij goed gedaan, ondanks ik al drie dagen een opgezwollen voet heb, een nacht niet heb kunnen slapen omdat er een spin ter grootte van mijn hand op de muur zat, zes uur lang zonder water en voedsel heb moeten klimmen was het een prachtige tocht door de bergen. Eline en ik zijn de zelfde dag in Nepal aangekomen, zijn samen verhuisd naar Jorpati en hebben de mooie plekjes in Nepal ontdekt. Het was ontzettend fijn samen met haar te zijn omdat ik toch het gevoel had dat zij voor mij zorgde, zes jaar ouder is dan toch een groot gat en soms voelde ik een moederband, ook hier hebben wij ontzettend om kunnen lachen. Normaal gesproken hoor ik papa in mijn hoofd zeggen; genoeg drinken he sas, want anders beland je in het ziekenhuis. Maar dat stemmetje had de kans niet om in mijn hoofd op te komen of Eline stond al met een fles water klaar. Ik vind het ontzettend jammer dat ze is verhuisd naar een ander deel van Kathmandu en ik hoop dat er snel meer vrijwilligers komen. Deze week ga ik proberen een plan te maken met het weeshuis om de verveel momenten van de kinderen op te vullen. Het centrum van DRC is prachtig en beheerst over de meest noodzakelijke dingen, maar 64 kinderen weten te vermaken is erg lastig en dus moet ik wat verzinnen om ze in hun vrije tijd toch bezig te houden. Op dit moment gebruiken de kinderen hun boeken en elastieken om badminton te spelen en de kinderen in rolstoel zitten heel de dag weg gestopt in een hoek van het terrein. Mijn missie is nu om speelmateriaal te vinden, het verzinnen is zo moeilijk niet maar het aanschaffen wel, dit zal mijn eerste investering zijn van mijn sponsorgeld. Mijn tweede investering is het maken van kledingkasten of planken aan de muur. De kinderen hebben touwen bevestigd aan hun bed waar hun kleding overheen hangt, hun dekens en ook de schoenen worden hier aan vast geknoopt. Een kast aanschaffen is het minste wat ik kan doen, waardoor ze alle ruimte hebben om normaal te kunnen slapen. Het is fijn dat ik even wat weekjes de tijd voor mijzelf heb om de plannen voor het weeshuis uit te werken, lessen voor school kan voorbereiden en een voorlopige laatste trekking kan inplannen met mijn huisgenoot Andrew. Aanstaande zaterdag heeft Gelu, onze huisvader, een familie dag georganiseerd voor Eline, Andrew en ik. Het is nog een verassing waar we heen zullen gaan, maar het beloofd een mooie dag te gaan worden. Zondag zullen Andrew en ik vroeg vertrekken richting Solokhumbu om onze 8 daagse trekking te starten. Ik heb totaal geen verwachtingen en laat alles zoals gewoonlijk maar op mij af komen, wel weet ik dat het behoorlijk koud zal gaan worden en mij moet voorbereiden op sneeuwval.

Het is lastig om mij te herinneren wat ik de laatste weken allemaal heb gedaan, te moeten bedenken waar ik mijn verhalen zal beginnen en terwijl ik aan het schrijven ben komen er steeds meer dingen boven water. Voordat ik de trekking met Eline heb gedaan zijn we vrijdagochtend vroeg vertrokken naar Thamel. We hebben rustig door de wijken gelopen en veel souvenirs gekocht, uitgebreid westers gegeten en onze middag gespendeerd in de Garden of dreams. Gelegen in de wijk van Tamel waar je heerlijk kunt liggen in het gras, de meeste luxe taartjes en koffie kunt bestellen en genieten van de vele vogels die rond vliegen. Je kunt je bijna niet voorstellen dat je, je in Nepal bevind want zodra je de Garden of dreams uitloopt staan de bedelende kindjes weer voor je neus, moeders die je vragen om melk voor haar kind te kopen, de zwervers en lijmsnuivende jongeren die je moet passeren. In de avond hebben we heerlijk gegeten en hebben we de avond doorgebracht met twee jongens uit Zuid-Afrika. Het is fijn om aan het einde van de week je tijd hier door te brengen, even weg uit alle ellende in mijn woonomgeving, blanke mensen te kunnen spotten en nieuwe mensen te leren kennen. zaterdag ochtend zijn we naar de dierentuin in Patan geweest, leuk om de dierentuin te bewonderen in een andere cultuur, maar het was te heet om hier heel de dag te verblijven dus zijn de naar de grootste supermarkt van Kathmandu geweest om hier voedsel en drankjes in te slaan.

Het lijkt alsof ik zieker en zieker wordt en de vermoeidheid begint ook toe te slaan, ik hoop dat het minder wordt voordat ik de trekking ga doen. Ik denk dat mijn lichaam, maar vooral mijn hoofd nog steeds moet wennen aan het tijdsverschil, de cultuur maar vooral het ritme. Geen dag is het zelfde en het put me uit om steeds die verre afstanden te lopen in de onverdraaglijke hitte die met de dag erger wordt.

Ik vind het geweldig om de reacties van mijn volgers te lezen, het maakt me ontzettend blij en ik krijg het gevoel dat ik niet vergeten wordt. Het allerfijnste om te horen is dat opa en oma gezond zijn en ook weten dat het met mij goed gaat. Lieve opa, gefeliciteerd met uw verjaardag en het cadeautje komt er snel aan! Ook mijn ouders lieten mij een bericht achter waar ik nu constant aan moeten denken, het duurt nog een volle maand maar op 4 mei landen ze op Tribuvan luchthaven in Nepal, ik kan niet wachten om in de armen van mijn lieve ouders te rennen.

Tot snel Allemaal.

Het is nog maar pas geleden, 18-03

Het gaat ontzettend hard, de tijd, de emoties en ook het vergeten te genieten van de kleine momenten. Ik heb me deze week bewust bezig gehouden met het feit dat ik moet proberen te profiteren van ieder moment, het tot me door moet laten dringen dat ik deze tocht maar een keer zal doorstaan. Het gaat hard, maar tegelijkertijd gaat de tijd, de weken ontzettend langzaam. Als ik me bedenk dat ik mij hier nog maar twee weken op deze bodem van de aarde bevind, toch voelt het alsof ik hier al maanden ben. Het allerfijnste aan hier, is dat hier niets moet, hier kan alles langzaam, hier kan ik mij bewust worden van de wind die langs mijn haar vliegt, hier geniet van ik iedere zonnestraal die mijn gezicht verwarmt, en van elke regendruppel die mijn voeten nat maakt. En waar ´hier´, ook zijn mag, overal op ieder moment in dit avontuur beleef ik ´hier´ als een ervaring voor het leven. Ik heb een nieuwe weg gevonden naar het weeshuis, en deze wandeling loop ik maar al te graag. Het zou zonde zijn om een fiets aan te schaffen en de hoofdweg naar DRC te pakken. Gelu liet mij zien dat er een weg langs de bergen is en dat ik daar rustig kan lopen zonder aangestaard te worden en kan genieten van de wilde apen die in het rond springen. En gelijk heeft hij, het is heerlijk om iedere ochtend door de mist en koelte door de natuur te lopen, te zien hoe moeder een kind hun tanden poetsen, hoe vaders het land om ploegen en hoe koeien hun gras staan te vermalen. Iedere ochtend als ik de poort open van DRC open vliegen de drie jongste van vijf jaar, op me af en springen in mijn armen. De oudere meiden nodigen mij gelijk uit in hun kamer en ik praat met hen over het liefdesleven en vlecht hun haren in. Om negen uur komt de schoolbus en rijd ik mee naar school waar we nog een uur buiten wachten tot de docenten ook arriveren. Het is tien uur en de schoolbel gaat af, alle kinderen gaan buiten in rijen staan en moeten als soldaten marscheren op de maat, ze zingen het volkslied en gaan per klas naar hun lokaal. Ik loop naar de directeur en vraag hem wat ik kan doen en of hij mij de weg kan wijzen, hij wijst een docent aan en ze loopt met mij mee naar klas 3. Ik ga zitten en stel mij voor aan de kinderen, terwijl ik wacht tot de docent terug komt..maar na lang wachten is er nog steeds geen docent en vraag ik mij af wat de bedoeling hier van is. Op kantoor leg ik uit dat er geen docent is voor groep drie en iedereen begint te lachen, het komt er op neer dat ik zonder enige ervaring, instructie of kennis les moet gaan geven, de kinderen maar moet vragen waar ze zijn en zelf mag uit spoken wat ik ga doen. Goed, daar ga ik dan met mijn krijtjes naar het lokaal ondertussen heel hard denkend wat ik moet verzinnen voor de kinderen. Ik vraag hen waar ze zijn in het boek maar tot mijn verbazing is het hele boek al ingevuld en kunnen ze mij niet vertellen wat ze moeilijk vinden. Dus besluit ik om ze de ‘Hokeypokey' aan te leren met als doel het aanleren van, rechts en links, handen en voeten, schudden en draaien. De kids zijn razend enthousiast en de kinderen van klas 1 en 2 komen meteen om het hoekje kijken. Ook de leraar komt een kijkje nemen en kijkt stom verbaasd als hij alle kinderen ziet dansen en lachen, hij draait zich om en mompelt wat. Hierna leer ik hen op het boord; links, rechts, midden, boven en onder en het lijkt alsof ze er iets van oppikken. Ik heb geen idee of ze deze informatie al wisten of dat het nieuw voor hen was, maar ik heb de kinderen op een leerzame manier kunnen vermaken.

18/04

Inmiddels hangt de hele school aan m'n tas, trekkend aan mijn haren rukkend aan mijn handen in welke klas ik les moet geven. Vast niet omdat ik z´n ontzettend goede docent ben maar omdat ik als een spierwitte sul overkom die geen idee heeft wat ze in de klas doet. Kinderen spreken alleen maar Nepalees tegen me en ik knik maar stomweg ja of nee. Gitta kwam met het dolle idee om een tikka op mijn voorhoofd te plaatsen en nu liep ik al helemaal voor spook. Mensen lachen om mij manier van eten, ik ben lang en heel groot, ik geniet van de zon terwijl wit zijn hier een schoonheidsideaal is en ik gebruik toilet papier. Oh ik zal proberen een omschrijving van het toilet te geven, je kunt je vast nog wel inbeelden hoe het krokdillen hok in diergaardenblijdorp eruitziet, goed houd deze gedachten zo kort mogelijk vast voordat uw eten om hoog komt. Zodra je de plastic achtige gordijn flappen opent snak je meteen naar lucht en een luchtverfrisser in je neus. Nou dit overkomt mij rond 14.00 precies iedere dag als mijn blaas het niet meer aan kan om mijn urine op te houden. Als een cavia in een kooi die oranje urine in de hoekjes achter heeft gelaten in lagen van 6 cm dik. En dan wanneer het moment aanbreekt om af te gaan vegen, beseffen dat je het rolletje toilet papier vergeten bent. Gelukkig zal niemand mij ruiken want bij binnenkomst in de school ruikt het naar urine, al de kinderen stinken en ruiken naar dieren. En ze ruiken niet alleen, maar gedragen zich als een stel losgeslagen stieren die op een rood doek af rennen. Gelukkig gaat Eline morgen met mij mee om een poging te doen tot een beter programma, aangezien zij docent is zal dit mij een hoop helpen.

Afgelopen weekend zijn we met zijn alle, Andrew, Eline, Eva en ik naar Thamel geweest. Een weekend zo fijn dat ik nu al weer naar de vrijdag uit kijk. We hebben rond zessen een taxi genomen en zijn gelijk op zoek naar een hostel gegaan, natuurlijk de allergoedkoopste want het gaat tenslotte maar om een nacht. Een rustig hostel net buiten de drukte en dat voor maar drie euro. Na onze spullen afgeleverd te hebben zijn we opzoek gegaan naar OR2K, volgens Eva een heel gezellig restaurant. En gelijk heeft ze echt gehad, iedereen zit op kussens op de grond en het eten is heerlijk. Er hangt een ontzettend fijne sfeer met goede muziek en overal waar je kijkt zitten hippies, blanke, eindelijk voelde ik me weer een beetje ´thuis´ alsof ik met vriendinnen in Rotterdam was. Na de menige drankjes in OR2k werd iedereen al een stuk gezelliger en zijn we naar bar Budha geweest. Zaterdag overdag hebben we heel de dag geslenterd in de stad en zijn terug gegaan naar het gastgezin.

Woensdag 20-03

Vandaag is het drie weken geleden dat ik vertrok, heel vreemd maar ik heb een ontzettend gekke droom gehad. Ik liep de achtertuin in met mijn tas achterop en opende de deur, papa en mama zeiden zo je hebt een lekker kleurtje, we zien je vanavond wel, want we moeten naar ons werk. Meteen dacht ik er klopt hier iets niet. Papa mompelde ze is wel eerder terug dan gepland hé ´Ann´. Ik keek de woonkamer in en keek naar de spullen, draaide me op en zag mij backpack staan. Ik werd gek, ik werd gillend krijsend en huilend gek omdat ik thuis was. Thuis na drie weken en schreeuwde, dit kan niet kloppen ik had er langer moeten zijn, ik ben thuis, waarom? Ik zou langer blijven, wat is er gebeurd? Op dat moment schoot ik wakker pakte mijn telefoon om de datum op te zoeken. Precies drie weken geleden, nog maar drie weken sas, je bent er nog maar net. Maar het leek alsof ik deze gedachten binnen enkele seconden weer had weggestopt en mijn droom als een teken zag. Een teken dat de tijd ondertussen ontzettend hard zal gaan en ik er alles uit moet gaan halen. Voor ik het weet, weer op mijn kamer zit, en dat ik echt weer tegen papa en mama zal spreken, boodschapjes moet doen met maris en de bus weer pak richting Dordrecht. Ik ben ontzettend blij dat ik maar weinig aan thuis denk en eigenlijk niets mis, helemaal niks waar ik echt behoefte aan heb. Natuurlijk zou ik het heerlijk vinden een knuffel te krijgen van mijn familie, de liefde te voelen die alleen zij mij kunnen geven, opa's geschiedenis verhalen te horen en te genieten van oma's nasi. Maar als ik om mij heen kijk zie ik zoveel moois, te veel mooie dingen om mij bezig te houden met die verschrikkelijke wereld waar ik vandaan kom. En natuurlijk moet ik blij zijn dat ik in een normaal huis woon, geen kapotte kleding draag, dat mijn moeder niet op straat hoeft te bedelen om in de avond te kunnen eten, dat ik niet geslagen wordt op school als ik het antwoord niet weet, dat ik kan studeren wat ik leuk vind, na mijn studie de baan kan zoeken waar mijn liefde naar uit gaat, dat gehandicapten kinderen een kans verdienen om verzorgd te worden en dat ik überhaupt een vader en moeder heb die voor mij zorgen. Want dit alles wat ik op noem gebeurt hier, alles wat je hier leest zie ik iedere dag, iedere dag opnieuw hoor ik de verhalen van mijn mede vrijwilligers over de kinderen die geslagen worden. Als ik op weg ben naar mijn werk staan zus en broer in het midden van het pad en moeder pakt een zweepstok, ze begint te slaan en het houd niet op, het kind schreeuwt van de pijn, ik moet om haar heen lopen en zie de angst in zijn ogen, de traantjes die over zijn wangen lopen. En wanneer ik meters verderop ben en achterom kijk zie ik het zelfde het schreeuwende kind staat daar nog steeds, zus die hem beet houd en moeder die blijft slaan met de stok. Kleine kinderen die zich van mij voor moeten stellen en moeten vertellen over hun familie en niet weten hoe ze moeten zeggen wat of wie hun vader is, ik die boos wordt omdat ze dit horen te weten maar er dan achter komt dat het kind geen vader heeft. Stappen in Tamel, een groot boord rijst weg werken en een bedelend kind van onder de tien weg moeten duwen omdat hij smeekt om eten, en ik die vervolgens in een hotel slaapt en de volgende dag super luxe gaat ontbijten. En ik weet inmiddels dat ik hier niets zal veranderen, niemand zal kunnen helpen in de zin van verbetering in zijn of haar leven. Maar wat ik wel weet dat mijn aandacht een lach of een groet genoeg is voor deze kinderen. En het allermooiste wat ik hier zie en thuis te weinig ervaar, dat iedereen de tijd voor elkaar neemt, dat liefde voor het gezin, ouders, broers en of zussen het allerbelangrijkst is en geld eigenlijk geen rol speelt in deze wereld. En ondanks liefde ontzettend belangrijk is vragen de kinderen in mijn klassen om zoveel aandacht. Het is een schreeuw om liefde, een schreeuw om een knuffel of een aai over de bol. En vandaag had ik echte haatneigingen die omhoog kwamen echt de neiging om een kind aan zijn oren over de gang te sleuren, maar ergens begrijp ik het wel. Deze kinderen krijgen les omdat het moet, niet omdat de docenten zo ontzettend genieten van hun leven als docent op een school voor gehandicapten. Juf Saskia leert ze liedjes en slaat ze niet, geeft ze persoonlijke aandacht en dat is dus nu wat heel erg in mijn nadeel werkt. Eline is vandaag met mij mee gegaan en kunnen over deze dag nog uren na praten. Het sloopt je ontzettend om deze kinderen überhaupt iets te leren, kinderen die opeens gaan huilen, alsmaar de les in lopen en de antwoorden voor zeggen voor de anderen, 3000miljoentriljoenbiljoen keer achter elkaar MEM roepen, wat docent betekend. Lichamelijk gehandicapten die ook mentaal gehandicapt zijn en totaal genegeerd worden. Er is hier geen beginnen aan en het voelt hopeloos om te straffen, negeren was een optie die maar tien minuten werkte tot ze door hadden dat dit een tactiek was . Hoe later op de dag, hoe vervelender ze worden, banken en stoelen die de lucht in gaan, rolstoelen die als kart gebruikt worden en twee blanke die proberen orde te houden. Ik ben blij dat de examens zondag beginnen en ik een week vrij heb om mijn rust te pakken. Over een paar weken hebben de kinderen schoolvakantie en heb ik mijn eerste tripje gepland naar Solokhumbu. 5 dagen lopen door de bergen om uiteindelijk de M.T Everest te bewonderen en terug met een vliegtuigje, ik kan niet wachten om mijn rugzak weer op de rug te nemen en eindelijk frisse lucht te kunnen in ademen.

Tot snel lieve papa, mama, mariska, vrienden & studiegenoten!

Besef.

Shock! 10/03

Het is alweer de tiende van de maand en het lijkt alsof ik vandaag de klap heb gehad, de shock of hoe je het ook noemen wilt. We zijn naar een festival geweest waar het ontzettend druk was, iedereen staarde ons aan alsof we heilige koeien waren en we hebben ontzettend veel gelopen. Toen we van het tempelcomplex af liepen dacht ik dat ik overlopen zou worden zoveel mensen kwamen er op ons af. Alle ogen van de linker en rechter kant keken on starend aan. Ik kon het niet meer aan om de blikken te ontwijken, mijn groepje in de gaten te houden, te letten op mijn camera en geld en niet om te vallen van de hitte. We zijn wat gaan drinken en eten en ik viel als een blok neer op de stoel. Ik wilde op zoek naar een gitaar maar helaas ben niet geslaagd, het werd regenachtig en het begon te waaien. Het leek alsof ik nu pas in de gaten had wat ik echt zag, het straatbeeld, de vieze stad en al dat andere om mij heen. Het leek alsof ik op ieder moment in huilen uit kon barsten omdat ik mij nu pas echt realiseer wat hier leven is. Dat ik niet meer terug ga naar mijn kikkerlandje maar hier nog 5 maanden in de troep moet rondlopen, ik heb deze zooi nooit eerder gezien. Niet in Afrika en ook niet in de andere vakantie landen waar ze zijn geweest. Er is hier geen verschil tussen rijkdom en armoede want rijkdom is er niet. Iedereen is vies, alle huizen zijn een bij elkaar geraapt bouwvalletje, en alle kinderen lopen op blote voeten met zwarte snottenbellen uit hun neus. Ik denk serieus dat mensen hier niet beter weten dat snot en bullenbakken zwart zijn van naturen. Als ik mijn neus snuit komt er alleen maar zwarte rotzooi uit. Ik zit in de woonkamer met de andere vrijwilligers die gezellig een het kletsen zijn, het lijkt alsof ik geen woord meer uit kan brengen, alsof ik even niet meer begrijp wat er is gebeurd. Daadwerkelijk is er niets gebeurd, maar bekeek ik de dag vandaag anders als alle andere keren. Vandaag was een heel bijzondere ervaring tegelijkertijd, de rivier waar mensen verbrand worden, wordt ook gebruikt om in te zwemmen. Er hing een sobere sfeer, je loopt door de rook van verbrande mensen en ziet ze daadwerkelijk op een brandstapel liggen, alsof ik op een totaal andere planeet loop, terwijl dat eigenlijk ook zo is. We werden uitgenodigd om in ´shiva´s home´ te komen. En dat was nogal ´vreemd´, het enige wat hier te zien was; mensen die blowen voor het leven tot ze er stoned bij neer vallen. Ook wij mochten mee genieteen van de hash maar ik bedacht me dat het beter was om niet te doen aangezien het nogal warm was binnen en nooit eerder zn ding heb aangeraakt, wel kregen we een vies brokkenpapdrapje wat gedronken wordt bij speciale gelegenheden

Gisteren was de eerste dag in het Disabled center. Bij aankomst werd ik gelijk meegenomen naar de slaapkamers van de meiden. Al snel vertelde ze dat ze zich erg verveelde en zijn dus met zijn alle gaan dansen, een beetje ongemakkelijk voelde ik mij wel, want de nepalese dans is niet eenvoudig. Ik merkte heel goed dat de oudste kinderen en de allerjongste gelijk heel enthousiast bij me kwamen zitten, mijn handen vast wilden houden en me het liefst meesleuren naar hun slaapkamer. Ik heb veel bewondering voor deze kinderen, ze zijn vrolijk en speels en dat terwijl de meeste kinderen een arm of been missen. Veel kinderen wonen hier ook vanwege hun vroegere leefomstandigheden, ze hebben in extreme armoede geleefd en werden hier geplaatst. Het was een speciale dag, niet omdat ik er was maar omdat er jaarlijks een sponsorteam langs komt om eten en drinken te geven aan de kinderen & studiemateriaal. We hebben heerlijk gegeten en liedjes gezongen voor de sponsor organisatie. Hoe langer ik aanwezig ben in het centrum hoe meer ik mij op mijn gemak voel, ik praat met een jongen waarvan ik natuurlijk de naam vergeten ben want het zijn 55 kinderen met allemaal moeilijke namen om te onthouden. De jongen is zo vriendelijk en bied mij aan om mee te gaan naar het klooster, ik sla het aanbod af omdat het mijn eerste dag is, we praten over de verschillen tussen Nederland en Nepal en lachen heel wat af, ik heb hem de opdracht gegeven dat hij mij Nepali moet gaan leren en dat wil hij graag doen. Toen ik vertelde dat mijn zus blond haar heeft zei hij meteen, waarom is zei niet hier, haha ik antwoorde ja dat weet ik eigenlijk niet. Ik vertelde dat ik hoopte dat ze misschien nog langs zou komen. Rond 5 uur begon het hard te regen maar moest ik wel richting huis gaan lopen voordat het donker zou gaan worden. Natuurlijk toen ik naar buiten stapte begon het keihard te hagelen en had ik geen jas bij me omdat het overdag heel warm was. Na wat minuten lopen werd ik geroepen door wat kinderen en ze vroegen mij waar ik vandaan kwam, ik gaf het antwoord mero ghar Nepal ho, ze begonnen hard te lachen en vroegen me of ik bij ze kwam zitten tot de regen over zou gaan. Dit aanbod van deze schatjes kon ik onmogelijk afslaan en dus kwam ik er gezellig bij, al gauw stond het halve dorp voor mijn neus om vragen te stellen, Ik kreeg een kop thee en heb was foto's genomen waar de meeste kinderen heel blij van worden, en natuurlijk ik ook. Het begint schemer te worden dus besluit ik maar verder te gaan want ik moet nog een aardig stuk lopen. Toen ik hoorde dat ik iedere ochtend 40 minuten moet lopen werd ik duizelig bij het idee, maar eigenlijk vind ik het super om de dag te beginnen met een wandeling door dit drukke stadje en ook de dag weer te eindigen met een wandeling.

Daar ben ik weer 11-03

Vanmorgen heb ik mijn eerste boterham op met een gebakken ei, even dacht ik dat ik nog aan het dromen was. Om kwart over 7 ben ik gaan lopen richting het centrum en ook deze morgen wordt ik weer nagekeken tot en met, om gek van te worden maar ik begrijp het wel. Dit stadje is niet zoals Kathmandu of Pokhara, hier komen zelden toeristen en dus ik zal een van de eerste zijn die hier loopt omdat het project vrij nieuw is. Toen ik aankwam in het centrum waren alle kinderen al aangekleed en heb ik een poging gedaan om de haren van de meiden in te vlechten, natuurlijk deed ik dat helemaal verkeerd en werd het werk van mij overgenomen. Niet dat ik daar een traan om moest laten want de luizen springen in het rond. Na de kamers opgeruimd te hebben en alle tanden te hebben gepoetst zijn de kinderen klaar om naar school te gaan en alle schoolbussen staan al klaar om weg te rijden. Er zijn veel stafleden vandaag en we kijken de Nepalese versie van GTST. Het kleine schattige jongentje wat naast mij zit pakt mijn arm en gaat tegen mij aanliggen, het is fijn om die aanwezigheid van kinderen te voelen. Ik vraag mij af waarom dit mannetje in een weeshuis voor gehandicapten woont, want ik zie geen lichamelijke handicap. Ik vraag het een van de stafleden en ze verteld me een triest verhaal. Deze jongen leeft al meer dan twee jaar dag en nacht op straat zonder enige liefde of verzorging van zijn familie, zijn beide ouders zijn gestorven en opa, die enige die hij nog heeft, is alcohollist. Ze hebben de jongen gevonden en woont nog maar net in het weeshuis, ik kijk naar hem en voel zijn warme lichaampje tegen mij aanliggen. Verschrikkelijk om te weten dat deze jongen geen warmte meer kan krijgen van zijn ouders, ik pak hem stevig vast en geef hem een dikke zoen op zijn hoofd, voor mijn gevoel wil ik hem nooit meer laten gaan. Al snel heb ik in de gaten dat er overdag weinig te doen is, buiten dat er een jongen rond loopt die niet naar school gaat. Ook dit verhaal is je gewoon niet voor te stellen in Nederland. Deze jongen is niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk gehandicapt, denk ik. Hij kwijlt de hele dag en kan niet praten, luisteren kan hij wel heel goed en maakt dan ook veel gebaren. Ik heb geprobeerd te tekenen met hem maar ook dit bleek hij niet te begrijpen. Ik vroeg mij af waarom de jongen niet naar school gaat, heel simpel, er is geen school waar hij past. Het is moeilijk te bevatten dat wanneer je in Nederland loopt er bij elke hoek van de straat wel een woonvorm of dagbesteding is voor gehandicapten mensen. En deze jongen past in deze wereld nergens thuis, dus zit de hele dag maar op een steen toe te kijken hoe de andere kinderen met liefde alle aandacht krijgen. Anthony de jongen uit Canada is zo lang als de Eifel toren en zo groot als een boom en slingert de kinderen aan zijn armen in het rond, hij loopt als een kermis attractie over het terrein. Samen helpen we de kinderen met hun huiswerk en vraag ik mijn Nepalese maatje, waar ik de naam alweer van ben vergeten of hij me kan helpen met de namen van de kinderen op te schrijven, hij leert me hoe ik het uit moet spreken en waaraan ik de kinderen het beste kan herkennen. Ik heb mijzelf de opdracht gegeven om deze namen er vanavond en de komende dagen er in te stampen. Over 2 weken zal het nog veel en veel lastiger gaan worden want dan ga ik overdag werken op een school voor lichamelijk gehandicapten kinderen. Vandaag heeft Gelu mij met de brommer naar de school gebracht om te bespreken of het mogelijk is om vrijwilligers naar de school te sturen, of er werk voor mij is en of ik moet betalen om daar te mogen werken. De eigenaar van de school is zelf ook gehandicapt en heeft duidelijk de grootste handicap om een woordje Engels te voeren. Ik heb van het hele gesprek geen letter verstaan en heb maar wijs ja en nee geknikt. Bij de rondleiding toverde de kids meteen een lach op mij gezicht, sommige kinderen keken naar me hé, dat witte spook heb ik eerder gezien, oh ze werkt bij mij thuis. Vele kinderen die in het weeshuis wonen, gaan hier naar school en dus vind ik het extra leuk om zo een band met ze op te bouwen. We komen aan bij klas 1 en mijn hart smelt als ijs voor de zon. 8 schattige kindjes staren me aan en groeten mij met Namasté en beginnen hard te lachen. In deze klas ga ik lesgeven omdat hier de basis wordt aangeleerd van Engels, dat moet mij nog wel lukken. We verlaten het oude bijna instortende gebouw en nemen weer plaats in het kantoor. De komen twee weken zullen alle kinderen examen doen en is er voor mij weinig te betekenen op school, ik zal dus even moeten wachten voor ik echt les kan geven, dat wordt dus flink voorbereiden.

Terug in het weeshuis lees ik een boek met een jongentje in mijn nek 2 tegen beide schouders en een knaapje liggend op mijn schoot. Ik laat ze de plaatjes raden en dit gaat met veel gelach en gebrul. De leraar komt binnen en iedereen rent naar zijn lesbankje. Ik bespreek met Anthony wat we hier kunnen betekenen en dat ik wat goeds wil doen in Nepal. Hij vertelt me over een weeshuis hier vlak in de buurt dat een bouwval is met wat kinderen die weinig hebben. Ik kan me er nog geen beeld bij voorstellen en we besluiten morgenmiddag naar het weeshuis te gaan om te kijken wat we kunnen betekenen. Hopelijk kan ik hier iets moois betekenen voor de kinderen!

Einde introductieweek in zicht

Namasté, 3/03

Jullie kennen het vast wel, er staat je iets heel leuks te wachten, je gaat naar een plek waar je niet wakker word in je eigen kamer. Je ligt in bed en probeert je in te beelden hoe het daar zal zijn, hoe die plek er uit zal zien. Je opent je open maar ligt nog steeds in je eigen bed. Dat is wat ik maanden lang heb gedaan, proberen te verbeelden hoe ik wakker word aan de andere kant van de wereld. Bij aankomst klopt je beeld totaal niet en ben je eigenlijk je gemaakte fantasiewereldje alweer helemaal vergeten. En wat doe ik nu? Als ik wakker wordt probeer in mijn kamer voor me te zien, ik kijk naar links en zie mijn witte Ikea kast vol met troep, recht voor me de lamp met een veel te scheve lampenkap en als ik uit mijn raam kijk zie ik nog altijd de muur met het boordje ;Ribesstraat. Maar dit beeld kan ik niet lang vast houden. Het lijkt wel alsof ik niet anders weet dan hier wakker te worden. Hoe snel je de cultuur in een vreemd land kan accepteren en de beelden kan realiseren. Dat terwijl wat je ziet onwijs vreemd voor mij hoort te zijn. Ik heb ontelbaar keren op google gekeken wat ik moest verwachten van Nepal, mijn internet geschiedenis staat vol met afbeeldingen van dit land. Vandaag liep ik door Thimi en besefte ik opeens dat die fantasiewereld werkelijkheid was geworden. Ik droomde niet meer over Nepal, ik typte niet meer de afbeeldingen in over Nepal. Maar ik loop hier doodgewoon op mijn slippertjes door de straatjes van Thimi. Alsof ik in een historie museum loop en kijk naar hoe de mensen vroeger leefde. Overal zie ik pottenbakkers en balen stro, ik moet zigzaggend om de doden ratten heen lopen, en de kinderen zien eruit alsof het haar in geen jaren is gewassen of gekamd. Ik maak foto's om dat ik niet kan geloven wat ik zie, ontelbare foto's omdat ik dit niet vaak genoeg kan laten zien aan mijn vrienden, familie en klasgenoten. Ik vraag Angela, mijn Nepali docent, of hier nog steeds mensen wonen of dat het gebouwd is voor de toeristen? Ze begint te lachen en antwoord dan: Hoina, they are still living here. In een vogelvlucht schieten de dagen hier voorbij, ik zit op mijn bed van steen, ijs, hout ,koffiepakken en verzin het maar zo gek, maar harder kan het niet, en typ met mijn muziek op het verhaal van vandaag. De andere vrijwilligers spelen een spel maar ik ben veel te moe om mij te concentreren op kaartspellen.

Om nog even terug te komen op het bus proppen verhaal van mijn eerste blogbericht! Vandaag zat de bus richting Thimi toch echt vol...Onee toch niet, Jeroen, Bishal en ik moesten gewoon op het dak van de bus. Maar natuurlijk dat doet Arriva toch ook altijd? En dat voor maar 20 cent. Dat het dak niet heel comfortabel zat is 1, maar ook de wegen hier zijn niet heel recht, hobbel en een kuil en weer een hobbel hooo nog een kuil. Ik heb geprobeerd om te filmen, maar je kunt al raden hoe deze beelden er uit zien. Ik moet wel zeggen, het is tienmalen beter dan met zijn alle opgepropt met rochelende Nepalezen. Vanaf hier zijn we te voet richting ons hotel gegaan, deze tocht blijf ik ontzettend mooi vinden. Door het platte land langs de Mohohara rivier, die vol ligt met vuilnis en waar mensen hun wassen. De rook boven de rivier en voetballende kinderen, mijn idee is om hier mijn kleding achter te laten. Ik ben ontzettend moe en heb een houten kont van mijn bed. Ik hoop dat ik deze avond snel kan slapen want dat is hier een groot drama. Om 22.30 gaat hier de avondklok in voor de mensen, en start de dag voor de straathonden. Honden die naar de zangclub gaan, honden die in de schoolbanken zitten, honden die aan kickboksen doen, noem het maar op maar het leven van deze beesten is tamelijk druk en bij alles wordt geblaft, zo hard dat ik niet in slaap kan komen en ondertussen z'n 100 verschillende wafjes heb gehoord. Vanavond gaan de oordoppen in en hoop ik dat ik weer lekker wakker wordt van de warme zon.

Dhanyabaath voor het lezen van mijn verhaal

Namaste 5/03

Het is alweer dinsdag en de dagen vliegen voorbij. Eenmaal de Daal bhat achter de kiezen maken we met zijn alles huiswerk en starten we met de taallessen op het dak van het hotel. Meestal het eerste uur in de zon en het tweede uur verhuizen we richting de schaduw omdat het dan niet meer uit te houden is. Om 12.30 zijn we met de lokale bus richting Swayaboudhonath vertrokken wat zn uur rijden is. Gelukkig was deze bus heel rustig en had ik een normale zit plek. Voordat we de lange trap op zijn gegaan richting het apenparadijs hebben we in een Indiaas restaurantje gegeten, hier lagen ontelbare dingen & natuurlijk allemaal onbekend. Sharise die net uit India komt kon ons gelukkig de lekkerste dingen aanwijzen en dit smaakte dan ook verukkelijk. Na de lunch zijn we begonnen aan het verteren van ons voedsel, het was een lange trappenweg naar de top maar zeker weten de moeite waard. Niet alleen de aapjes en de stupa zijn mooi om te bezichtigen maar vooral het uitzicht over de Kathmandu is fantastisch. De vele mantra's die te horen zijn op de plek geven je een geweldige sfeer, de wierook en de vrouwen met de mooie sari's aan. Eenmaal beneden aangekomen gaan we richting bus om Thamel te bekijken. Het wachten in de lokale bus kan best een tijd duren en daar maken de bedelende kindjes goed gebruik van. Ik zat toevallig bij het raam en een meisje, ik schat van een jaar of 10 trof mij om te smeken om eten. Ik vond het verschrikkelijk om haar tot wel dertig keer af te moeten wijzen, niet omdat eten geven aan bedelaars verboden is, maar omdat ik niets in mijn tas had. Het meisje aaide steeds over mijn knie en wees naar mijn voeten, en bleef dit herhalen tot de bus vertrok. Ik vroeg mij af wat ze bedoelde en Sharise legde mij uit dat dit een teken is van het grootste respect dat iemand je kan geven, een zegen die ze mij gaf. Ik had spijt, zoveel spijt dat ik haar niets heb gegeven. Ik had getwijfeld haar mijn haarband te geven, maar wat had ze daar aangehad? Ze vroeg immers om voedsel! Dit soort momenten zijn toch de dieptepuntjes in mijn reis, die mij raken. Na een kleine twintig minuten rijden in een verschrikkelijke alweer overvolle bus komen we aan in Thamel, echt supergezellig maar zeker weten een stuk moderner dan de andere wijken in Kathmandu. Wel een plek waar je gezellig heen kan gaan in het weekend om je af te zonderen van het vrijwilligerswerk en even te relaxen met andere mensen. Thamel is echt verschrikkelijk druk en er gebeurd zoveel om je heen, je hoofd zit bom vol energie en je wilt zoveel mogelijk in je op nemen maar daar is het een te grote chaos voor. Gelukkig zijn we net voor het donker thuis en speren Eline & ik ons naar de kamer, nog een half uur voordat de stroom uit gaat en we geen douche meer hebben. Ondertussen even op internet en alle telefoon opladen, voor zover dat kan! Na die bloedhete douch ben ik zo suf als een konijn en wordt ik echt mega sago als ik me beden dat ik zo voor de 8ste keer op rij een boord Daal Bhat naar binnen moet werken, ik eet dit nu echt met lange tanden. Gelukkig wordt het wel steeds gezelliger aan tafel en kunnen we leuk met elkaar lachen. De communicatie tussen de nepalese familie en de vrijwilligers verloopt beter, en dat alleen met de worden ‘pugio' ik heb genoeg, ‘'Ali Ali'' een beetje, ‘'Tarkaari'' groenten, ‘'Dhanyabaad''

Namasté 5/03

Inmiddels alweer 5 dagen aan de andere kant van de wereld. Vanmorgen heb ik onverwachts mijn laatste taallessen gehad, jammer want het is ontzettend leuk maar ik sla nu echt niets meer op. De grammatica van deze taal ik vrij lasten en er is geen rode lijn in te vinden. Angela de Nepali docent is jarig vandaag en had (dachten wij) een overheerlijke chocoladetaart bij haar. Zoals alle Nepalese gerechten er heerlijk uit zien, viel ook deze zuren slagroom taart flink tegen. Zoals ik al had gedacht, ik zou om half 12 opgehaald worden maar dit werd natuurlijk een uur later, tijd kent hier totaal geen tijd. Eenmaal opgehaald door een van de vele van VSN gaan we naar het Disabled center for kinderen. Ik had van Dinesh al gehoord dat er veel werk te doen zou zijn, dat kun je wel vaststellen ja. Er zijn in dit bouwvalletje drie kamer waarvan er 1 de keuken is, waarin les gegeven wordt. Er staat een bank met een tafel waar 21 kinderen omheen moeten zitten. De speelkamer heeft een stuk speelgoed en dat is een bal. Ook het lesmateriaal is zo matig, is er is zoveel gemaakt door andere vrijwilligers maar niks wordt gebruikt. De staff en inclusief de kinderen spreken geen Engels dus wordt dat heel lastig voor mij om hier de kinderen iets bij te brengen. Er is totaal geen structuur of ritme in het dagprogramma. Na 3 uur lang te hebben staan wachten langs de weg kwam er eindelijk iemand om mij op te pikken. En hoe, ook deze rit was weer reuze spannend in het drukke verkeer. Dit keer achter op de brommer, zonder helm en overal die vieze stinkuitlaatgassen. Bij aankomst in het hotel was ik de enigste en heb ik besloten om dan toch maar een keer alleen op stap te gaan. Nog even checken bij het hotelmannetje of het veilig is en natuurlijk schud hij ja! Daar gaan we dan, rugzakje op, sjaal om (anders wordt ik al helemaal aan gekeken), en de straat op. Gelukkig weet ik de weg nog, maar alleen is toch wel anders. Ik probeer zoveel mogelijk te lachen naar mensen, maar mensen vinden het vreemd om te groeten naar onbekende, ook wordt ik uitgelachen als ik in het Nepalees een poging doe om te vragen om een banaan. Goed, ik heb vandaag mijn eerste tussendoortje gehaald voor morgen onderweg, de koekjes kon ik niet laten om open te maken. Vandaag kan mijn dag niet meer stuk, ik ben heel blij mijn zus en ouders gesproken te hebben. Dit zal voorlopig wel de laatste keer zijn geweest want morgen ochtend na het ontbijt (helaas geen boterham met kaas of hagelslag) ga ik achterop de motor bij Bishal richting Bodau om daar twee nachten te verblijven. De komende twee dagen is er een staking in heel Nepal en zal er geen verkeer rijden en zijn alle winkels gesloten. Bishal gaat dus een sluiproute nemen om mij zo vroeg mogelijk af te leveren bij het volgende project. Het project is een weeshuis voor gehandicapte kinderen met een lichamelijke beperking. Ik zal deze kinderen dus alleen in de ochtend en avond kunnen helpen want overdag gaan de kinderen naar een normale school, waar ik overigens geen hulp kan verlenen aangezien ik geen les kan geven. Dus gaan we kijken of er in de buurt een dagopvang is voor gehandicapten, dan is er nog een optie in Bhaktapur maar daar hoor ik later meer over. De conclusie die ik hier trek ik dat ik vooral geen verwachting moet hebben, geduld en gewoon maar zien hoe alles loopt. Het volgende blog bericht zal wat later verschijnen omdat denk ik bijna naar mijn gastgezin vertrek.

Tot snel allemaal

xx

Namaste, Aankomst Nepal

Namaste

Op dit moment typ ik mijn eerste verhaal op het dak van dit hotel. Inmiddels twee dagen in het mooie Nepal, in een buitenwijk van Kathmandu. Het was een erg lange vlucht en was dan ook blij om na 22 uur eindelijk op Nepalese bodem te landen. de luchthaven van Nepal is erg klein en ook waren er maar weinig vluchten aangekomen met de mijne samen, dus mijn bagage was er supersnel. Eenmaal buiten werd ik gelijk geholpen naar de goede mensen en zag ik inderdaad tussen de tientallen mensen een boordje met mijn naam erop. Samen met 5 Chinese vrijwilligers reden we weg van de luchthaven met mijn bagage op het dak, normaal gesproken zou dat geen punt zijn maar ik had al vrij snel in de gaten dat het verkeer in dit land iets anders geregeld was dan in Nederland. Veilig en wel, met al mijn bagage nog op de bus komen we aan bij hotel Monehara, hier verblijf ik de eerste week samen met wat andere vrijwilligers. Ik ben ergens toch wel blij dat we bij aankomst in een hotel kunnen slapen, aangezien ik hier gebruik kan maken van een warme douch en even kan skypen met mijn familie. De eerste nacht had ik een eigen kamer, maar helaas zijn er nu te veel vrijwilligers voor het hotel, of te wel het hotel is iniminie want ook eten doen we bij de buren. Ik moet nog een beetje wennen aan mijn ontbijt, dat bestaat uit pittige kip met een baal rijst een linzensoep. Gelukkig heb ik in de middag de keuze om iets anders te eten. Op dit moment slaap ik samen met vrijwilliger Eline op een kamer en slapen er 2 andere Nederlandse vrijwilligers boven. De ochtend begint met taallessen Nepali wat erg lastig is, maar wel superleuk om te leren. Gisterenmiddag hebben we samen met Angela, onze nepalilerares, de projecten van VSN bezocht en hebben de directeur Dinesh van VSN ontmoet. Ik heb besproken dat we maandag samen langs de drie projecten gaan om te kijken wat mij leuk lijkt. 2 gelegen in kathmandu en het andere project in Bodanath, ik ben erg benieuwd wat ik aan zal treffen..

Vandaag was echt een superdag, we zijn de zaterdag begonnen met de taallessen en zijn daarna met de hele groep met de lokale bus naar Bodunath geweest. Voor ik verder ga vertellen... de lokale bus, ik kan het omschrijven als sardientjes in een pakje. En wanneer je denkt dat de bus echt vol zit zijn er volgens de nepalezen nog zn honderd andere opties om mensen in de bus te krijgen, en dan te bedenken dat het bijna 30 graden is. En om het nog maar niet over het verkeer in deze stad te hebben, het is een grote chaos. Eenmaal aangekomen op plaats van bestemming gaan we naar een restaurant waar ik eindelijk iets anders kan eten als Daal Bhat, fried noodles met kip en knoflook. Ik val gelukkig niet op want schoon zijn de mensen hier toch niet. Na het middageten kwam het hoogtepunt van de dag, de grootste stupa van Nepal, echt een enorm fijne sfeer hangt er op deze binnenplaats en de stupa zelf is adembenemend mooi om te zien. Inmiddels is het al half 4 en vertrekken we richting bus om terug naar het hotel te rijden. Ook deze rit is niemand aan te raden, dit keer in een driewieler voor 4 personen, maar wij zaten er met 12 personen in, lachen gieren brullen! We hebben de weg naar het hotel bereikt en gaan vanaf hier lopend verder. Een prachtie plek om foto\'s te schieten, de mensen hebben het hier duidelijk minder goed en je ziet hier goed de cultuur van het land. Natuurlijk geniet ik het meeste dan de vele kindjes die hier rond dwalen, mensen die me uitlachen omdat ik wc rollen gekocht heb, het was een geweldige dag. Inmiddels gaat de zon bijna onder en is de temperatuur flink gedaald, mijn zakje met 8 bananen is zonder dat ik het in de gaten heb gehad, helemaal leeg gegeten, en de stroom van mijn laptopje is bijna op. Tijd om terug naar mijn kamer te gaan, en hopelijk kan ik hier een warme douch nemen. Ohja, iedere dag is er een stroomrooster waar precies op staat van hoellaat tot hoelaat de stroom uit is. Vandaag was dat van 10 tot 18.00. Nog tien minuutjes en dan kan ik heerlijk mijn vieze voetjes en kleding uitwassen.

Tot snel xx

Baaie welkom, Ajubowan, Sawaddie, Nangadif, Namasté oftewel; Welkom op mijn Blog

Hallo en welkom op mijn reisblog!

Dé plek om op de hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens mijn reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto\'s vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar ik me bevind en waar ik ben geweest! Meer informatie over mijzelf en de reis die ik ga maken vind je in het profiel.

Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op mijn blog staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.

Ik zie je graag terug op mijn reisblog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!

Leuk dat je met me meereist!

Groetjes,

Saskia

Gambia 02/01/13

Ik heb al vele plekken op de wereld gezien waar de mensen in armoede leven, kinderen niet naar school kunnen, en ouders dromen van een goed verdiende baan. Hoe langer ik naar de trieste en uitgangloze gezichten van de bevolking keek, hoe ongelukkiger ik werd. Maar..wat ik de afgelopen week heb meegemaakt zag ik nooit eerder in de landen waar ik geweest ben. Nooit maar dan ook echt nooit opgeven, blijven lachen is het motto van de Gambiaanse bevolking. De vele \'hustlers\'die rondlopen zijn te vergelijken met een zwerm vliegen op een hoopje strond. Ongelooflijk, je zou denken nee=nee. Maar dit woord lijken ze niet te begrijpen. Hoe hoog mijn irritatie ook was deze week en hoe erg ik mij ergerde aan deze jongens.. uitendelijk maakte zij mij gelukkig, lieten zij mij in zien wat de cultuur is in Afrika & dat dit hun enige weg is van leven in de harde wereld van Gambia. Vele toeristen komen naar Gambia voor de prachtige stranden en de mooie zwarte parels. Want ik geef toe, gambianen zijn ontzettend mooie mannen. Maar nee, onze vakantie was niet bedoeld om heel de week aan het strand te liggen en te feesten met de bevolking. Ook wij werden bij aankomst meteen getroffen door een hustler, genaamd; Modou. Hij maakte met ons een wandeling over het strand en lijde ons de weg naar het apenpark. Groot en klein, oranje en grijs, overal springen de apen in het rond. Een erg leuke ervaring met die schattige beestjes. Na de ontmoeting met Modou zijn we richting beach gegaan voor wat uurtjes bruin bakken met een temperatuur van 32 graden, even wennen dus. We ontdekte al heel snel dat de lokale bar Club Lamin, erg lekker vis had en hier mochten wij dan ook smaakelijk van genieten. Ronde vijven heeft gids Modou ons meegenomen naar de markt in Serekunda: #chaos #drukte #stank #kleuren #koeien #GEWELDIG!. Na een geweldige eerste dag wist ik meteen al dat dit een geweldige week zou gaan worden, en met dit gevoel heb ik mijn ogen gesloten.

De volgende ochtend zijn we vroeg op pad gegaan met gids Modou, die ons uitgenodigd had bij zijn familie. Met een jeep reden we door de sloppenwijken van Gambia en al snel hadden we in de gaten dat Modou\'s familie niet heel breed zou leven.blijkbaar was het niet heel gewoon dat toeristen door deze wijken zouden rijden, alle kinderen rende achter onze jeep aan en riepen door alle straten: Tubabb, tubabb!!! dit betekend een witte! Gelukkig hadden we veel speelgoed meegnomen voor de kinderen op straat en zijn zusjes en broertjes, en dat kwam goed uit! de poort werd geopend, en daar stond zé; een prachtig zwart poppetje in een roze jurkje, ik smold toen ik haar zag staan. Al gauw kwamen uit alle hoeken broes en zussen aangerend en stelde zich voor. We hebben heel de middag gespeeld met de kinderen en voetbalwedstrijden in de wijken gedaan. Ik heb mij nog nooit zo gelukkig gevoelt, dit is waar ik van droomde, zo zach mijn beeld van afrika eruit. En het werd bevestigd, mijn vader en ik zijn de straat opgegaan om een zak rijst te kopen voor de familie van Modou. Voor ik het wist hingen er tientalle kinderen aan mijn vinger en sprongen ze op me af. Ik had tranen in mijn ogen van geluk!! Na een middag vele indrukken opdoen bij de familie hebben we de rest van de dag rust genomen op het strand.

na vele gesprekken met Modou werd ons duidelijk dat Modou meer interesse had in mij en mijn zus dan in mijn ouders. Modou werd steeds kleffer en we wisten niet hoe snel we hem af moesten wimpelen. Je wilt niet weten hoe lang het heeft geduurd en hoeveel hulptroepen we ingeschakeld hebben, maar het heeft geholpen. Dag 3 hebben we een taxichafur bij het hotel aangesproken die ons de weg zou wijzen naar de krokodillenpool in Abouko. Saikou heeft ons een rondleiding gegeven door het musuem en bracht ons naar Charlie, de grootste krokodil van de pool. Ik vond het erg erng, maar blijkbaar is het een normale zaak dat je deze krokodillen gewoon kan aaien. Saiko heeft ons naar een houtsnijmarkt meegenomen en hebben daar een hapje gegeten, we kwamen steeds meer over zijn leven te weten en de klik was er meteen. de jongen was totaal niet klef naar ons toe maar supervriendelijk en wat rustiger als de vorige gids. We hebben wat rondgesnuffelt op de markt en zijn daarna richting hotel gegeaan. tijd voor wat relaxen en een uitgebreide maaltijd in het hotel. Doordat de dagen zo lang en indrukwekkend waren deze week zijn we in de avond vroeg ons bedje in gedoken.

Park Abouko, Tanji & Sana staat op de planning voor dag 3. Natuurlijk vond vaders park Abouko helemaal het einde, want...er waren hele bijzondere vogels! Iets wat mijn zus en ik dus totaal niet interreseert. Saikou heeft ons heel de weg vermaakt met zijn grappige verhalen en en genoten van onze hollandse peijnenburg koeken. Vervolgens had Saikou ons beloofd een prachtige plek te laten zien, bij mij zelf dacht ik; eerst zien dan geloven. Ik had niet lang nodig om dit te bevestigen. De weg er naatoe was een groot avontuur. Een typisch afrikaanse weg met alleen maar hutjes en overal kinderen, prachtige natuur en een aangename temperatuur. Bij aankomst werd mijn blik gelijk naar de zee getrokken, een pachtig wit strand met een helderblauwe zee. We hebben hier voor de eerste keer heel uitgebreid en goed gegeten, natuulijk ging mijn voorkeur uit naar het lokale eten van Gambia, Domada: een gerecht met rijst en verse vis. Vervolgens zijn we verder gereden naar de plaats Sana waar we een havenplaats hebben bezocht. Iedere plaats heeft een andere cultuur en totaal andere sfeer. Bi Sanna kon je goed merken dat de bevolking duidelijk niets te maken wilde hebben met Tubabs (witte mensen). Foto\'s maken was taboe en vele moeders doken weg als wij te voorschijn kwamen. Bizar hoe ze mensen dag in dag uit leven in de stank van de rokende gedroogde vissen. Vrouwen en kinderen die hun hele leven lang vissen ontleden en geen stap verder zetten dan deze haven. Op deze plek kon je duidelijk spreken van armoede, kinderen zonder kleding die hun urine en ontlasting op straat lieten gaan. na deze beelden zijn we richting hotel gegaan om nog wat te drinken met Saiko en na te genieten van alle indrukken. In de avond zijn we naar de hippe strand bar Poco Loco geweest waar we gedanst hebben met Saiko en wat drankjes naar binnen gewerkt hebben.

En natuurlijk na een goede nachtrust begon er weer een dag vol activiteiten. De barman van Club Lamin wilde onze gids zijn naar de overkant van het water; Barra. Heen zijn we met een bizar grote pont over het water gegaan, de bekende en enige Ferry in Gambia. Volgeladen met vrachtwagens, fietsen, complete winkels en volgepropt met toeristen en gambianen. Wat een happening!!. Eenmaal aangekomen aan de overkant zijn we gelijk opzoek gegaan naar een Jeep. Dit was niet gemakkelijk met zn vijftig bedelende kinderen om je heen. Blijkbaar wisten zij dat wanneer Tubabs in Barra aan zouden komen, dat er snoepjes, pennen of schriften in de rugzakken zouden zitten. Helaas, onze spullen waren bedoeld voor een schooltje in de Middle of nowhere, waar de kinderen echt niks zouden hebben. Volgt nog

Thailand 18/06/11

Liggend in mijn bed in de nachttrein naar Changmai, begin in eidenlijk met schrijven. De vlucht naar Thailand was erg lang, maar is gelukkig goed verlopen en dat is het belangrijkste. Vanuit de lucht was het weer al vrij zonnig, om 10 uur thaise tijd geland en al erg benauwd. Bij het vliegveld zijn we opgehaald door de reisorganisatie en gelijk vetrokken richting de stad. Dit was niet gemakkelijk want we troffen meteen de traficjam aan (fille). Eenmaal aangekomen bij de wijk van bestemming, kon ik niet geloven dat ons hotel hier zou zitten. Het drukste gedeelte van Bangkok, op een markt, tussen de lokale bevolking. Met koffers en al moesten we door smalle straatjes heen waar ik echt mijn ogen uit keek. 4 man op elkaar gestapeld die in een lade van een kast lagen te slapen, overal vloog het eten om je oren, en de rioleringen waren overal open..en jahoor..tussen deze troep zat echt ons hotel, Villa chacha. Geloof het of niet, maar het was er supergezellig, een mooie kamer, zwembad en heel goed eten. We hebben erg moeten wennen aan de hitte in dit land en zijn daarom gelijk het zwembad in gegaan en richting de avond hebben we een rondvaart op het water gedaan. Na meteen al zn drukke en indrukwekkende dag was ik zeker toe aan een goede stevige maaltijd, mn eerste thaise gerecht; Pad thai, ik heb mijn vingers er bij afgelikt, werkelijk waar verukkelijk!

Moeilijk en bijna niet bij te houden wat mij deze dagen en weken allemaal is overkomen. En daardoor eigenlijk weinig tijd gehad om mijn dagboek secuur iedere avond bij te houden! Ik lig nu in een strandhuisje op het eiland Koh Samui. de 21 daagse rondreis is erg snel gegaan en we hebben ontzettend veel gezien. Helemaal aan het begin van de rondreis hebben we prachtige wandelingen gemaakt richting de watervallen, waar we gezwommen hebben terwijl de vissen aan je tenen knagen. leuke ervaring! We zijn van Bangkok helemaal naar Kanchanaburi gereden waar we \'The bridge over the Riverkwai\' hebben bezocht. En hebben geslapen op drijvende hutjes op het water, geen elektrische tijd en je douche was de rivier. Na dit uitstapje zijn we terug naar Bangkok gegaan en vanuit daar dus met de nachttrein naar Changmai gereden. Heel toevallig ontmoette ik in de trein twee jongens uit mijn woonplaats, die heel toevallig net als ik ook gitaar speelde. Mijn geluk kon niet meer op en heb de halvetreinreis muziek gemaakt. Vroeg in de ochtend aangekomen in Changmai zijn we gelijk richting hotel gegaan. Changmai is een echte Hippiestad met vele tempels, gelukkig ook een stuk rustiger dan Bangkok. We hebben deze prachtige tempels per fiets bezocht wat een hele ervaring is. Erg gelden hier duidelijk totaal andere regels, teminste sprake van regels was er eigenlijk niet. Al het verkeer gaat kriskras door elkaar heen, en als fietser rijd je aan de linkerkant..dit was behoorlijk wennen dus. Aangekomen bij de tempels heerst een geliefelijke sfeer en rust, ik kom tot adem in vergelijking tot de stad. We hebben een gesprek gehad met een monnik, die alles over zn leven en levensstijl heeft verteld aan ons, erg interressant!. Ook hebben we in Changmai de nachtbazar bezocht, wat natuurlijk wij vrouwen helemaal het einden vinden. Meterslange straten met overal kraampjes met kleding, sieraden, tassen, schoenen en noem het maar op. Ondanks Thailand in vergelijking met Nederland erg goedkoop is,heb ik toch veel uitgegeven. Dag 3 zou een hele heftige gaan worden, de rugzakken staan klaar en de koffers blijven in het hotel. De trekkingstoch van 4 dagen door de jungle gaat beginnen. Van te voren had ik geen idee wat mij te wachten stond.. we hebben het ontzettend zwaar gehad, in een temperatuur van 40 gr, 8 uur lopen per dag, en slapen op de grond..maar ondanks deze ellende was het een prachtige tocht, nergens anders ter wereld was de natuur zo mooi als hier. Geen pad was uitgestippeld en geen toerist te bekennen, zeker weten een \'thing to do\' in Thailand. De laatste dag van de tocht is in gegaan, na het zien van inmens grote slangen, spinnen, torren, bloedzuigers en alle enge insecten die je maar verzinnen kunt..kon ik de laatste dag ook nog wel aan. Gelukkig waren het niet mijn voeten die de laatste bergen moest beklimmen, maar zat ik op de rug van een olifant. Supergave ervaring zo in \'the middle of nowhere\'. Eindelijk kwamen we uit op een bewandelbaar voetgangerspad, wat ons leidde naar een schooltje. We hebben gespeeld met de kinderen en vele foto\'s gemaakt. Het einde van onze jungletocht kwam in zicht, onze laatste rit naar de jeeps toe ging over het water. Per vlot werden we vervoerd naar de eindbestemming. Deze rit was toch wel het hoogtepunt van de reis!

Verder hebben we de oudste stad van Thailand bezocht, waar het oude paleis te zien is. Leuk voor 1 middag, maar verder erg verlaten. Hier hebben we afscheid genomen van onze reisgenoten en zijn we met het gezin verder gegaan richting de grens van Vietnam. Ook hier stond ons weer een jungletocht te bezoeken. Ik zal maar eerlijk zijn, dit vond ik echt VERSCHRIKKELIJK. Ik ben van 08.00 tot 18.00 bezig geweest om bloedzuigers van mn lichaam te slaan, ik heb totaal niet kunnen genieten van de wonderschone natuur..gelukkig bestaan er fotocamera\'s! Vanuit deze plek zijn we met de boot over zee gegaan richting het toeristeneiland Koh Samai. Na wat dagen relaxen en bruin bakken aan het strand komen we aan het einde van een geweldig laatse gezinsvakantie!

Zeker een land waar ik nog eens terug naar toe wil!, maar dan met een rugzak op!